Of de tranen van Ted King
3 juli – rit 5 – Cagnes-sur-Mer – Marseille – 228,5 km – heuvelrit
Droog je tranen Ted.
Je kunt niet mee naar Marseille, zeven seconden te veel.
Te lang, te traag. Geen kans op koningschap, Ted. Geen kans op geel.
Droog je tranen Ted.
Honderd jaar geleden, geen supporters, wel strakke-gezichten-dorpsbewoners, een woedend onthaalcomité.
Met knuppels en knotsen. Nachtrust verstoord, geen kans om onbebloed weg te gaan.
Droog je tranen Ted.
Honderd jaar geleden, even niet op de vooroorlogse fiets, wel lekker lui de trein, stiekem.
Schreeuwde je je naam uitgeput naar controleposten. Hippolyte! Léon! Eugène! Reed je ’s nachts eenzaam, en heel erg bang.
Droog je tranen Ted.
Honderd jaar geleden, geen volgauto’s of oortjes, maar maalde je, bloedlink, driehonderdvierenzeventig kilometer, alleen.
Misschien één van de glorieuze uitzonderingen die kapot de eindstreep haalden. Misschien tergend lange uren, te laat.
Droog je tranen Ted.
Voor de Belgische koning hoeft het koningschap ook niet meer.
Marseille is voor sprintkoningen of voor vluchtprinsen, voor bazige wegbaronnen. Voor volkse vrijbuiters van één dag.
Droog je tranen Ted.
Het zijn ongeschreven wetten, koning Thomas opende en dirigeerde kilometerslang de debatten.
Maar in Marseille, honderd jaar later. En na toch ook weer een bruuske val, of twee, en een razend, denderend peloton.
Is de koning van Marseille een absolute sprintkoning. Een lachende, blozende en bezwete Engelsman.
– Fleur De Meyer
Reacties
Nog geen reacties